D                                     D
Ik zat aan het ontbijt een beschuitje te soppen
      D                                 G
Toen zag ik opeens een klein autootje stoppen.
                 Em                           A
Het was een Peugeootje, zo groot, nee, iets groter
            A                                D
Het stond naast mijn theekopje, vlak bij de boter.
   D                                    D
En ja hoor, daar ging het portiertje al open
     D                                    Em
En kwam een klein vrouwtje naar buiten gekropen.
       Em                            A
Heel blond in bikini, een beeldig figuurtje
     A                                   D
Ze stond op m'n bord en ze vroeg om een vuurtje.


[Bridge]
   D#       B                Em
Ze zei, ze zei: "Ik heet Margootje"
                D
En ik zei: "Hallo"
   D#             A#m
Ze zei: "Nou daar ben ik dan, he"
            D
En ik zei: "Oh".
     D                                       Bm
Ik vroeg haar, uit wat voor een plaatsje ze kwam
   Bm              E                   A
Ze zei: "Nou, wat dacht je, uit Madurodam".


[Chorus]
    Em         F#
Margootje, Margootje,
    Bm            C#
Ze klom op mijn broodje.
    E             D                    A
Ze trok aan mijn haar, ze zat op mijn mouw.
                F#m
M'n kleine vriendinnetje,
      D
Zo'n neussie, zo'n kinnetje
    C#                     F#          A
Ze riep in m'n oor, "Oh ik hou zo van jou".
    Em         F#
Margootje, Margootje,
                   Em
In zo'n klein Peugeootje
                         C#     D
Margootje, Margootje uit Madurodam.


[Verse 2]
                D                        D
Ze was wel erg lief, maar ze werd te aanhalig
               D                       G
Ze wou mee in bad en dat vond ik schandalig.
     Em                                   A
Toen heb ik haar weggebracht in haar Peugeootje
     A                             D
Naar Madurodam en ik zei: "Dag Margootje".
               D                   D
Ik zette haar neer bij het AVRO-gebouwtje
                   D                      Em
Ik zei: "Nou naar huis en wees een zoet vrouwtje".
       Em                              A
Maar 's avonds deed ik de broodtrommel open
      A                                D
Daar zat ze weer achter de koek weggekropen.


[Bridge]
   D#                                  D
O, had ik haar toen maar de deur uitgezet
   D#                               D
Ze wou in m'n bad en ze wou in m'n bed.
     D                                    E
Zij werd erg ondeugend en ik schreeuwde kwaad
      Bm        E                   A
"Jij Christine Keeler in pocketformaat".


[Chorus]
    Em         F#
Margootje, Margootje,
         Bm        C#
In een klein pettycoatje
    E           D                   A
Ze zwom in m'n bad en ze zat op de Vim.
                 F#m
Ze kroop in een laatje
     D
Met zo'n klein behaatje
     C#                        F#         A
Ze kroop in m'n binnenzak en fluisterde "Wim"
    Em         F#               Em
Margootje, Margootje, kleine idiootje
                         C#     D
Margootje, Margootje uit Madurodam.


[Verse 3]
              D                         D
Ik zei dat ik zoiets beslist niet meer wilde
                D                  G
Ze beet in m'n teen en krijste en gilde.
    Em                              A
En toen is ze weggegaan, boos en beledigd
    A                         G
En daarmede was de affaire erledigt.
                  D                         D
Maar het laatste nieuws dat ik van haar vernam
                   D                Em
ze zit nu in de Begijnhof van Madurodam.
     Em                               A
Ze draagt een zedig wit kapje, zo'n kleintje
   A                                  D
Ze is nu een kuis en een deugdzaam begijntje.


[Bridge]
      D#                                   D
Maar soms kijk ik nog wel eens achter een vaas
    D#                              D
Ik kijk in het trommeltje met speculaas.
    D                               E
Ik kijk of ze soms in m'n zeepbakje is
   Bm          E                         A
Omdat ik haar toch wel een klein beetje mis.


[Chorus]
    Em         F#
Margootje, Margootje,
    Bm           C#
Ik riep je, ik floot je.
    E             D                      A
Ik zoek onder 't kussen, ik kijk in m'n hoed.
               F#m
Ik zoek in de laatjes,
    D
In hoekjes en gaatjes.
    C#                    F#           A
Nou ben je verdwenen voor altijd, voorgoed.
    Em         F#        Bm          C#
Margootje, Margootje, Begijntje, Bardootje.
    Em         Em        C#     D
Margootje, Margootje uit Madurodam.